Wat doen bioassays?
Bioassays helpen om te bepalen of het drinkwater veilig is. En veiligheid van de drinkwaterconsument staat bij de drinkwaterbedrijven voorop. Daarom zet Het Waterlaboratorium bioassays ook structureel in voor de meetprogramma’s van de drinkwaterbedrijven. De toepassing van bioassays past heel goed in de breed gevoelde wens om naast het meten van bekende stoffen via doelstofanalyes een breder beeld te krijgen van stoffen en hun toxiciteit in water en de waterkwaliteit. Bioassays helpen ook in aanvullend onderzoek om een nog beter beeld van de zuiveringsstappen te krijgen en ondersteunen zo bij de continue verbetering van de waterzuiveringsprocessen.
Iedere bioassay is specifiek gericht op het meten van een bepaald biologisch effect, veroorzaakt door stoffen die in een bepaalde concentratie gevaarlijk voor de mens kunnen zijn. Daarom heeft Het Waterlaboratorium een uitgekozen selectie bioassays in huis die samen de voor de mens meest relevante biologische effecten door bepaalde stofgroepen in drinkwater kunnen traceren. Het gaat hierbij om de volgende toxicologische eindpunten:
- afbraak van lichaamsvreemde stoffen (xenobiotisch metabolisme), zoals activatie van de Ah-receptor door PAK’s.
- verstoring hormoonhuishouding en groei, zoals door oestrogene, androgene, glucocorticoïde en progestogene stoffen en hun antagonisten
- ongewenste reactiviteit (reactive modes of action), zoals DNA-schade
- adaptieve stress respons
- celbeschadiging (cytotoxiciteit)
Voor de meeste eindpunten gebruikt Het Waterlaboratorium momenteel CALUX® bioassays. Dit zijn reporter gen assays die gebruik maken van genetisch gemodificeerde humane cellijnen waarin specifieke effecten te meten zijn middels een lichtreactie. Daarnaast gebruikt Het Waterlaboratorium ook diverse Salmonella-stammen van de Amestest voor het meten van DNA-schade. Behalve voor drinkwaterbedrijven zijn bioassays ook interessant voor andere bedrijven en instellingen die een goed beeld willen krijgen van hun waterkwaliteit. Het panel bioassays dat Het Waterlaboratorium aanbiedt, groeit voortdurend. Op klantwens kunnen nieuwe bioassays worden ingezet. Wij vertellen u graag de meest recente ontwikkelingen op dit punt.
Effect-directed Analysis
Met bioassays wordt een bepaald effect van een stof gemeten, maar de stof zelf niet geïdentificeerd. Bij een onverwachte of verhoogde bioassayrespons is uiteraard de vraag: welke stof is hiervoor verantwoordelijk? Voor de beantwoording wordt Effect Directed Analysis toegepast. Dit is een combinatie van bioassays, vloeistofchromatografie en screening. Een (extract van) een watermonster wordt gescheiden via een LC-kolom. Het eluaat wordt gesplitst en een deel ervan wordt naar een massaspectometer geleid. Het andere deel wordt in vele zeer kleine fracties opgevangen. De verzamelde fracties worden vervolgens elk getest in een bioassay met een relevant effect als eindpunt, zoals genotoxiciteit of hormoonverstoring. De fracties waarin het bewuste effect wordt aangetoond, bevatten blijkbaar een relevante stof. De fracties corresponderen met een bepaalde piek van dezelfde stof op dezelfde retentietijd in de massaspectrometer. Hiervan kan door middel van targeted of untarget screening de identiteit van de stof worden bepaald. De beschikbaarheid van dit platform bij Het Waterlaboratorium is uniek voor de watersector. Meer informatie over het platform leest u hier.
Klik hier om te zien welke bioassays wij in huis hebben.